Sierduiven
J.Luchtmeijer


SEKSUEEL- EN VOORTPLANTINGSGEDRAG


Hiertoe behoren alle gedragingen die een rol spelen bij de vermeerdering van duiven; van het pronkvliegen tot het grootbrengen van de jongen.




Vleugelheffen

Dit gedrag vertonen vooral doffers, minder vaak en minder intensief ook duivinnen in de paartijd. Het laat zich het beste duiden als een beweging om te gaan vliegen, omdat het vaak vooraf gaat aan pronkvliegen. Doffers laten hiermee hun duivinnen merken dat ze in paarstemming zijn.

Vleugelheffen.



Imponeervliegen.

Pronk- en imponeervliegen

Doffers die tot paren gereed zijn vertonen dit gedrag sterker dan jonge of seksueel niet actieve dieren. Duivinnen laten dit gedrag slechts in afgezwakte vorm zien als ze ongepaard zijn, vooral als er klappende duiven vliegen, gedeeltelijk ook als nabootsing van hun partners als deze zich zo gedragen.

Imponeervliegen doet zich in de volgende situaties voor:

doffers nemen vliegende duiven waar,

doffers zien hun duivinnen of andere dieren met dit gedrag,

doffers komen terug na vrije vlucht (dit is vooral bij postduiven het geval),

doffers vliegen samen met hun duivinnen,

bij doffers onmiddellijk na de paring met hun duivinnen.


Het pronkvliegen stimuleert de voortplantingsfuncties. Ongepaarde duivinnen komen vooral onder de indruk als de doffers tijdens het vliegen om te imponeren aanstellerig luid klappen met hun vleugels. De doffers vliegen luid klappend meestal kleine stukjes.


Kopknikken

Het knikken met de kop doen duiven om verschillende redenen:

afzonderlijke dieren, als ze zich door andere duiven bedreigd voelen,

duivinnen als ze met doffers willen paren of zich tegen hen verdedigen,

beide geslachten bij het nest als hun partner na even weggeweest te zijn terugkomt.


Bij het knikken wordt de kop zo ver naar beneden bewogen dat de snavel een hoek van 900 maakt met het horizontale vlak. Dit gedrag is afgeleid van het nestbouwen. Daarmee zien paren hun broedplaats als eigendom en verdedigen het tegen andere doffers.


Schijnpoetsen.


Overspringpoetsen (geritualiseerd poetsen)

Hierbij draaien duiven hun kop naar opzij, bewegen de snavel snel tussen lichaam en schouder heen en weer. Dit, ook wel vleugeltikken genoemd gedrag vertonen vooral seksueel opgewonden doffers voor het snavelen, symbolisch voeren en paren. Dus stelt het een signaal tot geslachtelijke vereniging voor. Duivinnen demonstreren dit beeld niet zo vaak als doffers. Dit vleugeltikken zal aan de betreffende partner seksuele, dus vredige bedoelingen overbrengen en hem tot een gelijk gedrag stemmen.


Ritueel poetsen.


Trillen met de vleugels

Het krampachtige schokken of trillen met aangetrokken vleugels van volwassen duiven is te vergelijken met de vleugelbewegingen van jongen die om voer bedelen. Evenals het kopknikken kan het zowel een toestemmend als afwijzend gedrag betekenen. Als de dieren naast elkaar staan, dan trilt alleen de aangrenzende vleugel; staan ze tegenover elkaar dan vertonen ze de beweging beiderzijds.


Nestroepen

Deze geluiden worden door fokkers gezien als overeenkomend met het aankondigingkoeren, het koeren ter verwelkoming. Beide geslachten maken deze geluiden, doffers vaker en luider dan duivinnen, omdat doffers de plaats van het nest bepalen. Ook ongepaarde duiven gedragen zich zo als zich een mogelijke partner in hun nabijheid bevindt. Het nestroepen wordt het sterkst gezien bij pas gevormde paren, bij reeds bestaande paren tijdens het bouwen van het nest tot het leggen van het ei en bij postduiven die terugkomen van het vliegen terwijl ze daarvoor van het andere geslacht waren gescheiden. Zo gauw de partners zich verbonden voelen met hun nest, vertonen ze een doelgericht poetsen. De roepende duiven besnavelen hun partner bij de kop, daarbij om de beurt of samen geluiden makend en trillen met de vleugels, al naar gelang welke partner dit actief handelen bepaalt. Nestroepende paren zijn meestal in een vergevorderde voortplantingsstemming. De actieve drukt zijn kop onder de borst van de ander en doet zo een jong na dat zich na het voeren onder de ouders verbergt. Dit gedrag schijnt voor een hechte paarvorming en -binding beslissend te zijn.


Nestroep om duivin in het nest te krijgen.

Nestroep op het nest.


Snavelen en symbolisch voeren

Snavelen is een knabbelend liefkozen van de partners, soms zelfs van elkaar goedgezinde hokbewoners in het kop- en nekgebied, dus in het gebied waar duiven zichzelf niet kunnen schoonmaken. Daarbij blijft de passieve partner rustig, lusteloos. Het besnavelen dient niet om vuil of ongedierte te verwijderen, maar drukt ook een vredesbevorderend en seksueel stimulerend gedrag uit. In zijn meest uitgesproken vorm uit het zich als symbolisch voeren. Na één of meerdere keren verlegen schoonmaken (vleugeltikken) openen de doffers hun snavel voor die van hun duivinnen,net alsof ze zelfstandige jongen voeren, alleen nu meestal terloops. Duivinnen beantwoorden dit op de zelfde wijze en slikken daarbij. Snavelen leidt meestal de paring in.


Snavelen.




Naar volgend hoofdstuk.


Terug naar Het gedrag van duiven.